Bron: Rijksmonumentenregister
St. Willibrordus, 1869-1870, H.J. Wennekers. Driebeukige, neogotische hallenkerk met door een veelhoekige traptoren begeleide toren. Tegen de zuidzijde een kapel, waarboven het zangkoor, aan de buitenzijde met twee puntgevels, waartussen een traptoren. Pijlers met kolonnetten, kruisribgewelven. Polychromie, inrichting en beglazing volgens de inzichten van het Bernulphusgilde: altaren, beelden, preekstoel en communiebank door F.W. Mengelberg. Orgel met Hoofdwerk en Bovenwerk, in 1873 gemaakt door G. Elberink. Mechanisch torenuurwerk, B. Eijsbouts, Asten, is buiten gebruik gesteld.
Vierakker, R.K. Willibrorduskerk, Vierakkersestraatweg
Midden in de prachtige natuur van het landgoed Suideras ligt de Vierakkerse St. Willibrorduskerk. Deze kerk wordt behalve om haar schitterende ligging geroemd om haar interieur.
De kerk werd gebouwd in 1870. Op een enkele verfraaiing na is er sindsdien weinig veranderd. Het is niet voor niets dat gezegd wordt dat de St. Willibrordus ‘het best bewaarde authenthieke interieur van een dorpskerk uit die tijd’ heeft.
Hoe komt het dat de moderne beeldenstorm en witkalkerij van de jaren zestig van de vorige eeuw aan deze kerk voorbijgingen? Dit is te danken aan het voortvarende optreden
van de kleindochter van de stichter van de kerk, mevrouw M.J.A. van Nispen tot Sevenaer-Ruijs de Beerenbrouck. Zij stak hier persoonlijk een stokje voor. De toenmalige pastoor had de potten witte verf al laten aanrukken en was begonnen aan een zijkapel. Mevrouw van Nispen, trouw kerkbezoekster, ontdekte dit gelukkig snel. Zij wist de pastoor te overtuigen direct te stoppen door, zo gaat het verhaal, met haar wandelstok op tafel te slaan! Zo is dit juweel van een kerkinterieur in originele staat gebleven.
Het interieur is weelderig en kleurrijk. Er is een veelheid aan beelden, altaren, een triomfkruis, glas-in-lood ramen, muurschilderingen en vloertegels. Zij vertellen, ieder op een eigen manier, het goddelijk verhaal. Je zou kunnen zeggen dat elke vierkante centimeter is gebruikt om de gelovigen op de grootsheid van het geloof te wijzen.
Een mooi voorbeeld zijn de vloertegels. In de zijpaden ziet u afbeeldingen van verschillende dieren. Deze dieren staan symbool voor de zeven hoofdzonden: hoogmoed (adelaar),
onkuisheid (kikker), onmatigheid (zwijn), traagheid (slak), gramschap (egel), hebzucht (vos), nijd (wolf). Dat de hoofdzonden nu juist in de vloertegels te vinden zijn, is niet voor niets. Door over de tegels te lopen, vertrappen de gelovigen hun zonden. De gelovige moet immers streven naar het hogere. Dit hogere is prachtig verbeeld in de acht kroonluchters.
Op deze kroonluchters staan de acht zaligheden te lezen.
Een ander sprekend voorbeeld zijn de dwaze en wijze maagden. U kent het verhaal vast wel. Deze maagden verwijzen naar de parabel (Mattheus 25, 1-13) waarin het verhaal wordt verteld van de bruidegom die opgewacht werd door 10 maagden. Vijf ervan waren wijs, zij hadden naast hun olielampjes ook een reservevoorraad olie meegenomen. De vijf andere maagden waren dwaas. Zij vergaten reserve olie mee te nemen. Toen tijdens het lange wachten de olie op raakte moesten zij op zoek gaan naar extra olie. Tijdens hun afwezigheid kwam de bruidegom (eindelijk) aan en ging iedereen de bruiloftzaal binnen. De deur werd op slot gedaan.
Toen de dwaze maagden terugkwamen met olie stonden zij voor een gesloten deur. Deze parabel van de dwaze en wijze maagden wil de gelovige eraan herinneren om steeds gereed te zijn voor de onverwachte komst van de Heer.
De glas-in-lood ramen zijn van een bijzondere kwaliteit. De warme kleuren zijn opvallend, net als de levendige afbeeldingen van ook hier verhalen uit de bijbel. Een lust voor het oog.
De kerk is in 1870 gesticht door Alexander Baron van der Heijden van Doornenburg. De stichter woonde met zijn echtgenote Thérèse Baronesse von Motzfeldt in het tegenover de kerk gelegen landhuis Suideras. In die tijd kerkte men nog in Baak, zo’n 5 km. van Vierakker. Een hele opgave in die tijd, waarin veelal dagelijks naar de kerk werd gegaan, de fiets nog maar voor een enkeling beschikbaar was en de auto nog moest worden uitgevonden.
Echtgenote Thérèse had een zwakke gezondheid. Vooral in de wintermaanden was het voor haar moeilijk om naar de kerk te gaan. Het is tegen deze achtergrond dat de stichter zich tot de bisschop wendde en om toestemming vroeg voor het bouwen van een kerk. Een verzoek waarvoor de bisschop natuurlijk graag toestemming gaf.
Voor de bouw van de kerk werden in totaal 1.226.000 bakstenen gebruikt. Deze werden over de IJssel aangevoerd en vandaar door zo’n 65 boeren naar het bouwterrein vervoerd.
De architect van de kerk was H.J. Wennekers. Hij werd geadviseerd door de Utrechtse deken G.W. van Heukelum.
Deken Heukelum was de grote initiator van het St. Bernulphusgilde, ook wel genoemd de ‘Utrechtse School’.
De kerk is in de jaren 2000 tot 2009 geheel gerestaureerd. In de jaren 1988 en 1989 was een eerste begin gemaakt met het vernieuwen van de daken en de goten. Een volgende deelrestauratie was de restauratie van het Elberink orgel in 1994.
Tussen 2000 en 2009 werden de buitenkant van de kerk, de glas-in-lood ramen, het volledige interieur en de lange gang naar de pastorie onder handen genomen. Uitgangspunt van deze restauratie is geweest om zoveel mogelijk het oude te bewaren. Alles van 1870 (de bouw van de kerk) werd ‘heilig’ verklaard. Dit uitgangspunt heeft de architect en uitvoerenden soms grote hoofdbrekens gekost. Het eindresultaat is verbluffend.
De met veel zorg en enthousiasme uitgevoerde restauratie is in 2004 bekroond met een belangrijke Europese restauratieprijs, de Bernhard Remmersprijs. Deze prijs, ook wel de ‘Oscar’ binnen de monumentenzorg genoemd, wordt elke twee jaar uitgereikt aan opmerkelijke prestaties in de monumentenzorg.
In 2009 werd de kerk met een grote meerderheid van stemmen (maar liefst 51% van de stemmers stemden voor), door luisteraars van de NCRV verkozen tot de “mooiste kerk van Gelderland”.
Bron: website demooistekerk.nl en brochure Open Monumentendag Bronckhorst 2016
Vierakker, R.K. begraafplaats, Vierakkersestraatweg
De ingang van het kerkhof in Vierakker ligt enigszins verscholen links naast de mooiste kerk van Gelderland.
Geflankeerd door majestueuze beuken herbergt deze dodenakker naast de stoffelijke resten van de gewone gelovigen een aantal pastoors. Eén van die pastoors, N.R.J. Heijmeriks, liet een boek na met een beschrijving van de kerk in de meest bloemrijke taal. Pastoor Heijmeriks was een fervent strijder tegen drankmisbruik op het platteland. Hij stierf in 1911 in het harnas; tijdens de Heilige Mis werd hij tot de vader geroepen.
Ook de roemruchte pastoor Ter Heerdt ligt hier begraven.
Veel oudere parochianen vertellen nog de vele anekdotes die over hem de ronde doen. Niet alleen over de rijkunst van de pastoor, maar ook over zijn strengheid als er weer eens een bal in de pastorietuin terecht was gekomen, of als een misdienaar tijdens de Kruisweg niet helemaal naar de zin van de pastoor oplette. Hij ondersteunde daarnaast met veel enthousiasme de toneelvereniging en de voetbalclub, die hij de naam Socii gaf (latijn voor ‘Bondgenoten van Rome’).
De stichter van de kerk, Alexander Amandus Josephus Canisius Baron van der Heijden van Doornenburg, ligt er begraven en de eerste Katholieke minister-president die Nederland heeft gehad: Jonkheer Ch.J.M. Ruijs de Beerenbrouck. Deze was getrouwd met Jonkvrouwe M.J.E.A. van der Heijden van Doornenburg. Een verslag van zijn begrafenis haalde indertijd de kolommen van de Katholiek Illustratie, waardoor Vierakker opeens bekend werd in heel Katholiek Nederland.
Bron: Brochure Open Monumentendag Bronckhorst 2016