Bron: Rijksmonumentenregister
Omschrijving onderdeel 5
KOETSHUIS van het voormalige kasteel, in dezelfde tijd (1835) tot stand gekomen en mogelijk eveneens van de hand van architect Coers. Het van baksteen opgetrokken gebouw bestaat uit een drie traveeën breed middendeel van één bouwlaag onder dubbel zadeldak met zakgoot met aan weerszijden een dwars geplaatst, twee bouwlagen hoog, hoekpaviljoen, bekroond met een fronton onder zadeldak, waarin een uurwerk en zonnewijzer. In de voorgevel vijf forse deuren met halfrond bovenlicht met straalsgewijze roedenverdeling. Op de verdieping van de hoekpaviljoens halfronde vensteropeningen. Het muurwerk van de traveeën en hoeken is gemarkeerd met natuurstenen blokken. De verticale voegen zijn rood gekleurd. In het inwendige restanten van paardenboxen. Op de verdieping was hooiberging. Via luiken in de zoldering kwam het hooi in de stal terecht. Een deel is als (koetsiers)woning ingericht.
Waardering
Het KOETSHUIS is van belang:
– wegens zijn ouderdom;
– als een goed voorbeeld van een vroeg 19de-eeuws koetshuis in neoklassieke stijl;
– als beeldbepalend en karakteristiek onderdeel van de buitenplaats;
– wegens het functionele ontwerp;
– wegens de functioneel-ruimtelijke relatie met de andere onderdelen van de buitenplaats.