Bron: Rijksmonumentenregister
Inleiding
De VILLA “PAX” werd gebouwd in 1906 in opdracht van de uit Duitsland afkomstige Heinrich Thate. In de achtergevel is de stichtingsdatum in een rechthoekige uitsparing in het cement weergegeven: “Hermann Thate/ 18 December./ 1906”. Heinrich Thate had in 1897 voor zijn zoon Wilhelm Julius de buitenplaats Den Bramel gekocht. Later verwierf hij ook het landgoed Buitenzorg. In 1906 vraagt hij toestemming om op het landgoed Buitenzorg een villa te mogen bouwen. Dit behoorde toen tot de gemeente Warnsveld. Het bouwwerk zal worden uitgevoerd door Thate zelf met behulp van G. Werfelink, timmerman te Vorden. De villa is gebouwd in een hybride stijl, die o.a. invloeden van de neorenaissance (geboorte- en sluitstenen vensters) en de Art Nouveau (voordeur, stucplafond) vertoont. Door de kantelen en de behandeling van het geveloppervlak, dat is bestreken met cement en bezaaid met schelpvormige afdrukken, lijkt de villa nog het meest op een reusachtige folly.
De villa is gelegen in het buitengebied aan de noordzijde van de Zutphenseweg. Vóór de villa ligt een halfcirkelvormige oprijlaan.
Omschrijving
De VILLA bestaat uit een blokvormig bouwvolume met een hoektoren en heeft een nagenoeg rechthoekig grondplan met een rechthoekige uitbouw op de hoek van de voor- en de rechter zijgevel, waarbij de hoektoren slechts een fractie hoger is dan de voorgevel en hier ook nauwelijks naar voren springt. De villa heeft twee bouwlagen en een zolderverdieping onder een plat dak dat met zink is gedekt. In het dak bevinden zich vier schoorstenen.
De gevels zij bestreken met cement, waarin met een mosselschelp-achtige vorm op regelmatige wijze ovalen afdrukken zijn gemaakt, waarbij een soort horizontaal visgraatmotief is onstaan. Boven de zolderramen is een uitspringende richel in het cement aangebracht. De gevels worden afgesloten met kantelen, die met zink zijn bekleed. De vensters zijn getoogd en voorzien van stenen lekdorpels en witgeschilderde vlakke omlijstingen met geboorte- en sluitstenen en tandstenen ter hoogte van de wisseldorpel. De vensters in de eerste en de tweede bouwlaag hebben stolpramen met bovenlichten. De zoldervensters hebben ongeveer de grootte van een bovenlicht en zijn eveneens voorzien van stolpramen.
De VOORGEVEL is afgezien van de hoektoren symmetrisch ingedeeld en telt vijf vensterassen. De vrijwel geheel in de voorgevel geïntegreerde hoektoren bevindt zich rechts en telt een vensteras. In de derde as van links bevindt zich de ingangspartij. Deze bestaat uit een houten paneeldeur met twee driepasvormige ruitjes en een getoogd bovenlicht in een portiek met een terrazzovloer-mozaïek en een witgepleisterde omlijsting. De omlijsting bestaat uit twee halfzuilen met fantasie-kapitelen, die een toog ‘dragen’ met gebosseerde geboorte- en sluitstenen, waartussen inkepingen zijn aangebracht. Enkele treden tussen gebogen weglopende zijmuurtjes geven toegang tot het portiek.
De LINKER ZIJGEVEL is symmetrisch ingedeeld en telt drie vensterassen. Links onder is vermoedelijk een deuropening vervangen door een venster.
De asymmetrisch ingedeelde RECHTER ZIJGEVEL heeft links het naar voren springende torenvolume, dat een vensteras telt met drie vensters boven elkaar. Bij de rechter zijgevel van de toren, die eveneens een vensteras heeft, ontbreekt het zoldervenster. Rechts van de toren bevindt zich nog een vensteras met drie vensters en uiterst rechts weer een as met twee vensters.
De asymmetrisch ingedeelde ACHTERGEVEL heeft ongeveer in het midden de achterdeur, die deels is gewijzigd en is voorzien van een omlijsting van hetzelfde type als de vensters. Links van de achterdeur bevindt zich een klein venster in witgeschilderde omlijsting en rechts een venster van het eerder omschreven type. In de tweede en derde bouwlaag bevinden zich resp. twee vensters van het eerder omschreven type en twee zoldervensters.
Het INTERIEUR, waarvan de indeling grotendeels bewaard is gebleven, is eenvoudig en heeft nog enkele oorspronkelijke elementen zoals twee schoorsteenmantels van wit, zwart en bruin geaderd marmer, een Art Nouveau-stucplafond en een keukenschouw.
Waardering
VILLA uit 1906.
– Van architectuurhistorisch belang als een goed en in exterieur gaaf en goed voorbeeld van een villa die verschillende stijlinvloeden vertoont zoals neorenaissance en Art Nouveau, maar nog het meest lijkt op een folly en als zodanig tevens zeldzaamheidswaarde heeft.
– Van stedenbouwkundig belang vanwege de markante ligging aan een halfcirkelvormige oprijlaan aan de Zutphenseweg.